
Column: Happy Pride
COLUMN – Hoera, hoera! Pride Amsterdam beleefde gisteren haar zoveelste hoogtepunt. En daarmee bedoel ik natuurlijk NIET die pijpende deelnemers tussen de geparkeerde auto’s op de gracht.
Amsterdam heeft het, I’am-sterdam, Amsterdam de stad waar alles kan. Wat een treurnis. Jaren wegkijken, zodat homo’s aangeschoten wild zijn. In elkaar worden geslagen. Maar een keer per jaar als goedmakertje mag iedereen los. Dobberpoten op glitterboten. En ze waren er weer bij hoor. De baardmannen met hun grote tepelklemmen en roze verenpracht tussen de billen. Er was zelfs een mager mannetje met een kapiteinspet op en een klein piemeltje die op rode pumps erotisch wiegend heen en weer bewoog. “Is dat de kapitein?”, vroeg een jongetje aan z’n moeder. “Nee, da’s Captain Iglo”, zei ze, wijzend op z’n garnaaltje. “Kijk maar hoe koud-ie het heeft”.
Het is een rariteitenkabinet van clowneske figuren zonder gêne. Als ik homo was en ik zat in de kast met de deur op een kier, en ik zag dat dit mijn voorland was, trok ik hem net zo hard weer dicht. Ik ben een gewone burgerhetero die kijkt vanaf de kade met opgetrokken wenkbrauwen. Ik zie figuren met snorren, sikken en baarden in netkousen, body’s en voorbinddildo’s die roepen dat ze normaal zijn en gelijkwaardig behandeld willen worden. Ik heb genoeg homovrienden die zonder leren string en anaal-pluggen huppelend ‘s ochtends naar hun werk gaan. Die staan normaal in de maatschappij en integreren moeiteloos. Mijn vrienden verafschuwen deze gekheid. Deze kolderieke komedie van andersgeaarden. Deze partij gillende en hossende bootvluchtelingen onder leiding van regenboogdeuger Splinter Chabot.
Oh oh, Nederland. Het land waar gay’s vertegenwoordigd zijn in de top van het bedrijfsleven en de overheid. Waar ze burgemeester zijn van steden, zitten in de Tweede Kamer en werken in de kunst- en cultuursector. Waar ze mogen trouwen en kinderen krijgen. Snappen die regenboogjes nou echt niet dat constant je seksuele voorkeur, verkniptheid of gender in iedereen z’n oren te tetteren bijdraagt aan een soort LHBTIQ+ alfabet moeheid? Dat het keihard averechts werkt?
De belastingbetaler van deze roze verwendagen is een van de tolerantste ter wereld. En juist deze krijgt te horen dat hij/zij homofoob is. Elke maand, week, alle dagen vlaggen hijsen, gaybra’s aanleggen, prides vieren. Iedere dag wordt er op ons voorhoofd geschreven dat we niet deugen. Laten we dit voor eens en voor altijd afspreken: jullie horen er gewoon bij, dus stop met het in ons gezicht schreeuwen. Dat dus!! Wees jezelf. Ik heb daar respect voor. Homo, lesbienne en noem maar op, leef je leven. Maar duw het niet door de strot. Dat gaat uiteindelijk tegen staan.
Trouwens, gelukkig zijn wij hetero’s er nog. Wie zorgt er anders voor nieuwe LHBTIQ’ers?
Over drie jaar vieren we WorldPride in Amsterdam. Maar liefst drie weken. Ik boek vast een huisje op Rottumeroog.
Over de auteur
Deze column is geschreven door Ronny Lammers. Ronny schrijft elke zondag een spraakmakende column waarbij hij geen blad voor de mond neemt. Ronny is eigenaar/coach van ITP Institute Tennis Promotion en traint met zijn team alle niveau’s in het noorden van Nederland.
Foto: Ronny Lammers